- tail
- adj. achter---------n. staart; vos; detective; jong meisje; achterwerk--------v. volgen, schaduwentail1[ teel]I 〈telbaar zelfstandig naamwoord〉1 staart2 〈benaming voor〉laatste/onderste/achterste deel ⇒ uiteinde; pand, sleep 〈van kleding〉; staart 〈van onder meer komeet, vliegtuig〉; munt/keerzijde 〈van muntstuk〉3 〈slang〉achterwerk ⇒ kont4 〈informeel〉schaduwmannetje ⇒ spionerend agent♦voorbeelden:1 the dog wagged its tail • de hond kwispelstaartte4 put a tail on someone • iemand laten schaduwen¶ with one's tail between one's legs • met hangende pootjesturn tail on • ervandoor gaan voorturn tail and run • hard weglopenbe on someone's tail • iemand op de hielen zittenII 〈niet-telbaar zelfstandig naamwoord〉 〈vulgair〉1 stoot ⇒ lekker wijf♦voorbeelden:1 what a bit/piece of tail! • wat een stuk/stoot!III 〈meervoud〉1 munt(zijde) ⇒ keerzijde 〈van muntstuk〉2 〈informeel〉jacquet ⇒ rokkostuum————————tail2II 〈overgankelijk werkwoord〉1 〈informeel〉schaduwen ⇒ volgen2 ontstelen ⇒ de steeltjes afdoen van
English-Dutch dictionary. 2013.